Hervorming van onroerendgoedbelasting in Isenburg: hogere belastingen voor eigenaren!

Hervorming van onroerendgoedbelasting in Isenburg: hogere belastingen voor eigenaren!
Op 6 februari 2025 vond een informatie -evenement over hervorming van onroerendgoedbelasting plaats in Isenburg, waarin de wijzigingen voor de lokale onroerendgoedeigenaren werden uitgelegd. Volgens de rhein-zeitung , moet de meeste ezelsburger na de hervorming een hogere financiële basis verwachten.
Claudia Holl, het hoofd van de Dierdorf -gemeenschap, beschreef de hervorming voor sommigen als een zegen, terwijl anderen een vloek ervaren. Sommige eigenaren van onroerend goed kunnen profiteren van een verminderde onroerendgoedbelasting B, maar de meerderheid wordt geconfronteerd met hogere betalingen, wat de discussie over de billijkheid van de nieuwe voorschriften voedt.
Details over hervorming van onroerendgoedbelasting
De belangrijkste wijzigingen in onroerendgoedbelasting werden op 6 november 2024 bepaald door de gemeenteraad. Het nieuwe tarief voor onroerende voorheffing B werd vastgesteld op 472 procent, wat overeenkomt met een toename van 350 procent eerder en wordt op 1 januari 2025 in werking getreden. Deze maatregel maakt deel uit van een landelijke hervorming die de waarde van het onroerend goed vervangt van het onroerend goed dat al tientallen jaren ongewijzigd is.
Deze hervorming betekent dat de onroerendgoedbelasting nu voornamelijk wordt bepaald op basis van het onroerendgoedgebied en de locatie. In het verleden stroomden factoren zoals de apparatuur van de gebouwen en hun marktwaarde ook in de berekening. Volgens de City of Neu-isenburg De veranderingen moeten veranderen.
Economische achtergrond en effecten
De aanpassing van de hefsnelheid was noodzakelijk omdat de gemiddelde meetbedragen zijn gedaald. Om de inkomsten op het vorige niveau te behouden, was deze stap essentieel. De meethoeveelheid is met name gedaald in nieuwere gebouwen, terwijl het de neiging heeft om oudere gebouwen te vergroten. "We kozen de tarief zodat het totale inkomen constant blijft en de wettelijke vereisten worden waargenomen", aldus stadspenningmeester Stefan Schmitt.
De financiële effecten van de hervorming van de onroerendgoedbelasting mogen niet worden onderschat. In 2022 was de stedelijke inkomsten uit onroerendgoedbelasting B 6,8 miljoen euro en burgemeester Dirk Gene Hagelstein benadrukte het belang van deze inkomsten voor de financiële stabiliteit en de infrastructuur van de stad.
Naast de belastingwijzigingen zal de stad nieuwe kennisgevingen voor onroerendgoedbelasting naar de eigenaren van onroerend goed sturen op basis van het bijgewerkte tarief. In velen leidt dit tot onzekerheid over toekomstige financiële lasten, omdat de nieuwe belastingmetingen op een vergelijkbare manier worden verdeeld als de oude wet, maar er zijn duidelijke verschuivingen op de gebieden zoals het mengen van gebruik en land zonder gebouwen.
- Meting van oude onroerendgoedbelasting:
- 52,4 procent voor puur leven
- 27,1 procent voor pure niet-lonen
- 18,9 procent voor gemengd gebruik
- 1,7 procent voor land zonder gebouwen
- Nieuwe metingen van onroerendgoedbelasting:
- 49,6 procent voor puur leven
- 25,7 procent voor pure niet-lonen
- 22,3 procent voor gemengd gebruik
- 2,4 procent voor land zonder gebouwen
De uitdagingen en kansen die de hervorming van het onroerendgoedbelasting met zich meebrengt, zullen waarschijnlijk een centraal onderwerp blijven voor de betrokken eigenaren en de publieke discussie in de regio.
Details | |
---|---|
Quellen |